Inhoudsopgave
Agni, de god van het vuur, is een hindoegod wiens naam in het Sanskriet - de oude spreektaal van India - "vuur" betekent.
Aan deze god, die de zoon is van Shiva (de oppergod van het hindoeïstische geloof), wordt de essentie van het bestaan - de levenskracht - van bomen en planten toegeschreven. Hij heeft zowel duistere als vernietigende capaciteiten, maar ook mededogen, vriendschap en bescherming. Hoewel hij zijn slachtoffers dus genadeloos verslindt, wordt hij ook beschouwd als de beschermer van de mensheid.
Agni is de personificatie van alle soorten vuur: zowel het goddelijke vuur (de zon) als het aardse vuur. De brandstapel is een verwijzing naar deze god, die de verantwoordelijkheid heeft om de doden naar het laatste oordeel te leiden.
Zie ook: OrchideeHoewel hij een belangrijke hindoegod is, is hij ook aanwezig in andere sekten.
Zie ook: Sankofa: betekenis van dit Afrikaanse symboolVertegenwoordiging
Er bestaan verschillende vormen om deze god voor te stellen. Zo kan de god Agni worden voorgesteld met één of twee hoofden en vier armen. Hij kan een drietand - zonnesymbool - in zijn handen dragen en hij kan zittend of op een ram of op een geit zitten, of hij kan zittend op een strijdwagen verschijnen die door zeven paarden wordt getrokken.
Hun huid is meestal zwart en hun haar is altijd vlammend.
Wil je meer weten over het hindoeïsme, lees dan: Shiva en de betekenis van Om.